2 juli. Lepelende tederheid tussen twee volwassen Lepelaars, De Tollewaard, Lienden. (foto: Henk van der Kooij)
2 juli. Lepelende tederheid tussen twee volwassen Lepelaars, De Tollewaard, Lienden. (foto: Henk van der Kooij)

Lepelende tederheid

LIENDEN - Buiten in de natuur valt er altijd wel wat te beleven. Toch zijn er waarnemingen die echt heel bijzonder zijn en die je niet gauw vergeet. Hierbij zo’n waarneming, passend voor mijn honderdste ingezonden stukje.


Door Henk van der Kooij


Op 2 juli zag ik vanaf de brug in De Tollewaard zes voedselzoekende Lepelaars. Bij mijn nadering vloog een deel van deze vogels weg.Twee exemplaren bleven staan. Stil, op twee poten in het ondiepe water, op enkele meters van elkaar af. Het waren twee volwassen vogels: ze hadden allebei een bruingele borstvlek (de linkervogel een fraaiere) en een snavel met gele punt. Opeens liepen de vogels, ik stond stil op de brug, naar elkaar toe en begonnen elkaar te besnavelen. De tederheid van het gesnavel ontroerde me. Ik had nog nooit zoiets eerder gezien. De vogels, althans zo kwam het bij mij over, investeerden in hun relatie. En dat aan het einde van het broedseizoen. Geen second love, nee liefde moet je onderhouden.

Liefdes- en snaveltaal zijn en blijven belangrijk. Deze Lepelaars moesten eens weten dat er mensen zijn die second love promoten. Onbegrijpelijk want aan second love gaat het verlaten van de eerste liefde (first love) vooraf en zo’n ontwikkeling gaat al gauw gepaard met een first hatred (eerste haat). Liefde verwordt dan tot nemende, egoïstische liefde. Zo niet bij deze Lepelaars. Zij namen de tijd voor elkaar. Hadden alleen oog voor elkaar. En ik? Ik stond op de brug en verwonderde mij over de lepelende tederheid die zich voor mijn ogen ontvouwde.